Door Loe Sprengers en Josee Lammers
Wijzigingen nationaal niveau
Wijzigingen internationale paragraaf
Geen ingrijpende wetsaanpassing
Hoe anders luidde de conclusie van het vorige kabinet. Minister De Geus kwam met een wetsvoorstel tot het vervangen van de WOR door de Wet
Medezeggenschap Werknemers. Dit wetsontwerp is ingetrokken omdat er onvoldoende steun voor was. De regering vond dat de visie over de toekomst van de medezeggenschap nog onvoldoende was uitgekristalliseerd. Er diende meer onderzoek en discussie plaats te vinden. Het kabinet was ook in 2009 van mening dat de vormgeving van de medezeggenschap vooral in de ondernemingen moet plaatsvinden. Maar het verschil is dat het kabinet nu heeft vastgesteld dat de WOR een voldoende basis biedt om in de dagelijkse
praktijk op terug te vallen.
Nationaal niveau
Verkiezingen en achterban
Het kabinet wil de verkiezingsprocedure versoepelen. Het wordt mogelijk gemaakt dat vakorganisaties en ongeorganiseerden tegelijkertijd lijsten kunnen indienen in plaats van na elkaar zoals nu. Hiermee is een paar weken tijdwinst te boeken. Ook wordt het aantal handtekeningen dat een ongeorganiseerde moet verzamelen, verminderd. Het kabinet wil dat een or meer aandacht besteedt aan het contact met de achterban. De or moet in het reglement regelen hoe hij de contacten wil onderhouden.
Medezeggenschapsstructuur
Voorgesteld wordt de mogelijkheden om commissies in te stellen te verruimen. Het betrekken van anderen uit de onderneming bij het or-werk kan een oplossing zijn voor het afnemend animo om zich kandidaat te stellen. Het kabinet wil in navolging van de SER bekijken hoe ongewenste effecten wat betreft faciliteiten en ontslagbescherming gaan ontstaan. Alternatieve vormen van medezeggenschap dienen wat het kabinet betreft vormgegeven te worden met inachtneming van de kaders van de wet, die voldoende ruim zijn. Wel wordt voorgesteld meer ruimte te bieden om afspraken te maken over de bevoegdheidsverdeling tussen or, gor en cor.
Overeenkomst en bevoegdheden
Het kabinet wil duidelijker vastleggen dat wanneer een or afziet van een bevoegdheid, dat wordt vastgelegd zodat de ondernemer niet geconfronteerd wordt met een or die daarop terug kan komen. Een aangelegenheid die zich in de praktijk meestal wel oplost, maar nu aanleiding kan worden voor een juridisch ingewikkelde regeling. Zo wordt gesproken over het eerst raadplegen van de achterban door de or en ook dat rekening wordt gehouden met situaties waar de or niet daadwerkelijk de wil had om hiervan af te zien.
Als er afspraken worden gemaakt over bijvoorbeeld wanneer er sprake is van een belangrijk besluit, is het op dit moment zo dat de rechter deze afspraak zal volgen, tenzij deze in strijd is met het wettelijk minimum. Het kabinet wil buiten twijfel stellen dat de afspraak van partijen gevolgd zal worden. Omdat het niet zo moet zijn dat een or daarmee structureel van bevoegdheden af kan zien, ben ik benieuwd hoe het kabinet dit gaat regelen. Stel dat afgesproken wordt dat reorganisaties waarbij meer dan vijf personen betrokken zijn, als belangrijk worden beschouwd. Wat dan als er dan een besluit aan de orde is om de tweehoofdige directie terug te brengen naar een eenhoofdige, is er dan sprake van een adviesrecht? Op grond van de wet wel, op basis van de afspraak mogelijkerwijs niet.
Ook stelt het kabinet voor een opzegtermijn in de wet op te nemen, voor het geval daarover in een ondernemingsovereenkomst niets wordt gesteld.
Bedrijfscommissies
Het kabinet volgt het voorstel van de SER om het aantal bedrijfscommissies terug te brengen naar drie. Ook wordt het mogelijk een geschil rechtstreeks voor te legen aan de kantonrechter. Bemiddeling vragen bij de bedrijfscommissie zal alleen nog op vrijwillige basis plaatsvinden. Ook een aantal registratietaken van de bedrijfscommissie komt te vervallen.
Vennootschapsrechtelijke medezeggenschap
De bevoegdheden van de or ten aanzien van de Raad van Commissarissen blijven gehandhaafd, ook wat betreft het voorstel te kiezen voor een one tier board naar Angelsaksisch model. De or krijgt spreekrecht op de Algemene Vergadering van Aandeelhouders bij een aantal belangrijke besluiten, waar in het regeerakkoord nog sprake was van een adviesrecht. Het enquêterecht wordt niet aan een or toegekend. De argumentatie (onvoldoende waarborg tegen lichtvaardig gebruik) overtuigt niet, aangezien het kabinet elders aangeeft dat or-leden juist een grote verantwoordelijkheidszin hebben.
Internationale paragraaf
Het kabinet noemt de medezeggenschap in internationale organisaties complexer dan in grote en complexe puur Nederlandse organisaties. De concrete oplossingen zijn beperkt, een deel wordt vooruitgeschoven naar de nieuwe Eor-wetgeving.
Internationale groepsinformatie
De medezeggenschap volgt de zeggenschap, ook over degrens. Art. 31-2 verplicht de bestuurder om informatie te geven over de zeggenschapsverhoudingen in de groep waarvan de onderneming deel uitmaakt. Het kabinetwil art. 32-2 nu zodanig uitbreiden dat de informatieplicht niet beperkt is tot Nederland, maar zich uitstrekt tot de hele internationale groep. Dat is een goede stap vooruit en sluit aan op Eor-uitspraken. Zo weet de or waar de leiding in het buitenland zit en bij wie hij een verzoek voor Eor-onderhandelingen kan indienen.
Toerekening
Besluiten van bestuurders in het buitenland kunnen aan de Nederlandse bestuurder worden ’toegerekend’ als ze rechtstreeks en onmiddellijk ingrijpen of van belang zijn voor de gang van zaken, de organisatie of het beleid in de Nederlandse onderneming. Het kabinet vindt dat de toerekening voldoende houvast biedt en ziet geen noodzaak voor meer waarborgen. In mijn optiek een gemiste kans om meer rechtszekerheid te bieden aan de or in internationale bedrijven.
Nieuwe Eor-richtlijn
Een aantal problemen wordt opgelost met de nieuwe Eor-richtlijn, daarmee wil het kabinet voortvarend aan de slag. Als de Eor en cor bijvoorbeeld allebei bevoegd zijn bij een internationale reorganisatie, moeten ze procedureafspraken maken. De Eor krijgt een wettelijk scholingsrecht.
Onderwerpen die niet aan de orde komen
Waar het kabinet niet of nauwelijks op ingaat, is de rol van de or ten aanzien van (primaire) arbeidsvoorwaarden, medezeggenschap in een onderneming waar geen or is of waar lege zetels zijn, beperkte uitleg in de rechtspraak van de or-bevoegdheden bij het primaat van de politiek, actualiseren van onderwerpen onder het advies- en instemmingsrecht bijvoorbeeld wat betreft kinderopvang.
Conclusie
De WOR is blijkbaar zo gek nog niet. Het kabinet gaat geen drastische wijzigingen doorvoeren. Om het functioneren van de medezeggenschap verder te verbeteren zal het vanuit de ondernemingen zelf moeten komen. De wet hoeft daar niet ingrijpend voor aangepast te worden.
Loe Sprengers is advocaat bij het Advokatenkollektief Utrecht en hoogleraar aan de Universiteit Leiden.
Josee Lamers is jurist/ adviseur Europese medezeggenschap en arbeidsverhoudingen en directeur Lamers ICM Consultancy bVJ
www.lamers-icmconsultancy.com
Elf kabinetsvoorstellen tot aanpassing van de WOR
Vereenvoudiging verkiezingsprocedure: gelijk indienen kandidatenlijsten en vermindering benodigd aantal handtekeningen.
De or moet in reglement vastleggen hoe de communicatie met achterban gaat verlopen.
Meer flexibiliteit in vormen samenstelling commissies.
Gevolgen regelen van op ad hoc afzien van advies- of instemmingsrecht door or.
Bepaling over de ondernemingsovereenkomst aanvullen: rechtsgeldigheid afspraken over invulling van bijvoorbeeld begrip belangrijk beter regelen.
Ondernemingsovereenkomst kan in elk geval met inachtneming van termijn van zes maanden worden opgezegd, tenzij anders geregeld.
Terugbrengen van het huidige aantal bedrijfscommissies (24) tot drie.
Verplichte bemiddeling bij bedrijfscommissie komt te vervallen.
Verplichte registratie van or-reglement en jaarverslag bij bedrijfscommissie schrappen.
Flexibele bevoegdhedenverdeling tussen cor, gor en or mogelijk maken.
Informatierecht over zeggenschapsverhoudingen in internationale concerns uitbreiden met informatierecht over de internationale activiteiten van een groep.